Over de zwarte roodstaart valt door mij veel te vertellen. Ik verkeerde in de gelukkige omstandigheid de zwarte roodstaart bijna 25 jaar lang van nabij te kunnen observeren. Tien jaar lang heb ik dagelijks aantekeningen gemaakt van bijvoorbeeld de datum van aankomst en vertrek, de eerste zang, de laatste zang, begin van de nestbouw en duur van de nestbouw, aantal broedsels en eieren. Mijn werkterrein was een grote buitenopslag van allerlei materialen met enkele loodsen. Maar nu eerst over de zwarte roodstaart zelf. Het vogeltje is ongeveer zo groot als een koolmees maar heeft een andere houding. Het mannetje is roetzwart met witte vleugelvlekken en heeft een voortdurend trillende roestbruin-rode staart terwijl het wijfje veel minder zwart is, ook de vleugelvlekken ontbreken. De aankomst van het mannetje valt globaal genomen tussen 20 maart en 10 april, het wijfje komt enkele dagen tot een week later. Ongeveer na twee tot drie weken wordt door het wijfje het nest in twee tot drie dagen gebouwd. Meestal ligt er op de vierde dag al een eitje in.